Ik heb me laten verleiden

Ja, ik heb me laten verleiden. Verleiden om te gaan hardlopen en dat had ik niet moeten doen. Maar ja, zoals altijd liggen verleidingen op de loer en ik trapte er in. Ik heb sinds de Acht van Apeldoorn al last van mijn kuit. Ik vermoed nog steeds een scheurtje in de spier. Strompelend over de finish en daarna heb ik relatief rust genomen. Een paar keer zes tot acht kilometer, een loop van zeventien en een van dertien kilometer gedaan. Dat is niet veel. Maar rust blijkt relatief. Tijdens de dertientien kilometerloop merkte ik na een kilometer of twaalf dat het niet helemaal jofel was met mijn kuit. Dus ben ik rustig naar huis gelopen om vervolgens bijna een week niet te rennen. Maar goed, toen kwam vorige week vrijdag. Het was mooi weer en ik was wandelen met de hond. En wat gebeurt er: ik zie talloze hardlopers op de vroege ochtend. En ik wilde ook. Ik wilde gaan lopen. Heerlijk om frank en vrij te kunnen lopen. En dan komt de twijfel. Is het verstandig om hard te gaan lopen. Aan de ene kant was het NIET verstandig om te gaan lopen vanwege mijn kuit, anderzijds was het WEL verstandig om te kijken hoe het met mijn kuit zou gaan. Dus twijfel, twijfel en nog eens twijfel. Het hart zei: gaan, mijn verstand het tegenovergestelde. Maar goed, in de loop van de middag kreeg ik steeds meer zin om te gana rennen. En die zin werd alleen maar groter. Aan het eind van de middag dacht ik WTF, ik ga het gewoon proberen. En dat had ik niet moeten doen. Maar goed, als verstandige ik: wel lopen, niet te hard. Daar hield ik me aan. De eerste drie kilometer gingen redelijk goed. Niet te hard, gewoon lekker. Tot in een keer mijn kuit begon te zanikken. Dus ik stopte even en betastte mijn kuit. Niets te voelen. Dus weer langzaam verder. Het ging nog anderhalve kilometer redelijk tot ik in een keer een geluid hoorde en een stekende pijn voelde in de kuit. Of te wel: het ging helemaal niet goed. Het was zelfs mis. Ik stommerik: hoe dom kun je zijn om signalen van je lijf te negeren. Het was nog een dikke kilometer naar huis en die kilometer gaf me het gevoel als aan het einde van een halve marathon. Bijna strompelend naar huis om daar vervolgens de hele avond met mijn been omhoog te zitten. Laptop op schoot en googlen naar mogelijke oorzaken, maar vooral om te kijken hoe lang het zou gaan duren voor ik weer hersteld zou kunnen zijn. En ik werd niet blij van wat ik las.

Een scheur in de kuitspier is een van de meest voorkomende spierbeschadigingen bij sporters. Er treedt een plotselinge pijn op bij aanspannen en rek van de kuitspier, vooral bij explosieve sportvormen. Ook hardlopers kunnen deze klachten krijgen. De kans op spierscheuringen is bij oudere sporters groter. Oudere sporters moeten rekening houden met het feit dat de spierkracht en de spierdoorbloeding in de loop der jaren geleidelijk afnemen, waardoor de kans op schade toeneemt.

En dan over herstel:

Een verantwoorde functieopbouw van de beschadigde spier vraagt tijd en verloopt via het onbelast oefenen van het aanspannen van de kuitspier, voorzichtig wandelen met een hakverhoging en een bandage en fietsen, tot intensieve spierversterkende oefeningen en rekkingsoefeningen van de kuitspier. Voorzichtig dribbelen is meestal na vier tot zes weken weer mogelijk,  afhankelijk van de ernst van de scheuring en de individueel sterk verschillende snelheid van herstel. Een volledige belasting is weer mogelijk wanneer de pijn is verdwenen. Na een spierscheuring blijft bijna altijd littekenweefsel aanwezig zodat een zwakkere plek in de kuitspier op de loer blijft liggen. Een optimale kracht en lenigheid van de spier is nodig om de kans op hernieuwde klachten in de toekomst te minimaliseren.

Dus daar zit je dan. Om mijn conditie op peil te houden ga ik de komende tijd maar meer fietsen. Op de racefiets en de mountainbike en iedere dag een flink eind wandelen met de hond. Het is voor mij nu wel mogelijk om met compressiesokken een flink eind te wandelen en ik heb geprobeerd om een beetje te dribbelen. Ik kan het niet laten…

 

swimming-pool-spa-sign-nhe-15030_300

8 van Apeldoorn met kuitkramp

Acht kilometer rennen, dat doe ik toch even? Vorige week kreeg ik een berichtje dat er nog een plekje over was in het businessteam van Wegener. Ik had me bewust niet ingeschreven voor de tien mijl omdat het mij vorig jaar slecht was bevallen. Niet de loop zelf, maar wel daarna. Een paar weken zwaar verkouden en weinig zin in hardlopen. Dus geen minimarathon dit jaar. Maar goed, deze uitnodiging kon ik niet laten lopen om toch mee te doen. Acht kilometer draven. Ik kende de route en dus ook de klim van de Wilslaan. En die is niet mals. Vorig jaar kwam ik al hijgend boven en dat was nu niet anders. Trappelend van ongeduld stonden we aan de startstreep. Zover mogelijk naar voren want je weet nooit wat voor je start en dat voorkomt veel inhalen. De regen vlak voor de start mocht de pret niet drukken, het maakte wel nat. Ook begon, met nog drie minuten voor de start, mijn horloge raar te doen. Vermoedelijk iets te veel water meegekregen. Ik heb dat ding ooit een keer laten voorzien van een nieuwe accu en waarschijnlijk is hij niet helemaal  waterdicht. Een keer resetten hielp niks. Dus maar van start zonder tijd en dus op gevoel lopen. De eerste kilometer hield ik me redelijk rustig, hoewel ik later van Tanja hoorde dat deze binnen vijf minuten ging. Ik zag een gaatje en zette aan en ging rechts van de weg lopen om snellere lopers de kans te geven langs mij heen te lopen. Het ging lekker op de Jachtlaan. Ik wist dat na dik twee kilometer de Wilslaan kwam, de vermaledijde klim naar het vier kilometerpunt. Vorig jaar kwam ik al hijgend en proestend boven en ook dit jaar was hij zwaar. Kleinere passen en vooruitkijkend naar boven. De snelheid ging naar beneden, maar hoever, ik had geen idee. Links en rechts gingen andere lopers mij voorbij en af en toe haalde ik een in. Bij de tijdmeting zag ik een tijd van ergens in de 20 minuten. Goede tijd, leek me. Net boven de vijf minuten per kilometer. Bij de verzorgingspost een paar kleine slokjes water, vijf stappen rustig aan en dan rechtsaf naar beneden. Alsof het met zevenmijlslaarzen naar beneden ging. Kilometertijd van 4.30 min/km. En toen werd het vlakker. Het ging nog lekker, hoewel ik de stuk lang vond. Ergens heel ver weg stond een auto en ik kon zien dat we rechtsaf moesten. Nog even doorzetten tot aan de Amersfoortse weg, rechtsaf en in gestrekte draf richting finish aan de Loolaan. Op het moment dat we bij De Naald rechtsaf gingen en ik de finish zag schoot de kramp in mijn kuit. Nog een paar honderd meter, maar het ging niet echt lekker meer. Even dreigde ik te moeten gaan wandelen of nog erger: strekken om de kramp eruit te krijgen. Ik besloot zo goed en kwaad mogelijk te blijven rennen. Dan maar een paar dagen extra last van de kuit. De eerste boog, en de tweede. Het ging moeizamer, maar het juichende publiek en de speaker zweepten me op. Op de finish kijken wat mijn eindtijd was: ergens in de 52 minuten. Verdorie, mijn doel niet gehaald. Ik strandde op 51 seconden. Maar toch: een redelijk goede tijd gezien de omstandigheden. Koud en nat en geen richtlijn doordat mijn horloge het niet goed deed. Uiteindelijk toch tevreden met 42.51.

WP_20150202_004

waterdicht.