Stijve beentjes na halve Egmond

Poeh poeh, the day after Egmond. Met stijven benen op de bank. Maar het is het wel waard! Méér dan, zelfs. Maar wat is het een afstand: 21 kilometer. En dan de eindtijd: net onder de twee uur. Ik had zelf iets meer gehoopt, maar dat terzijde. De omstandigheden waren niet ideaal om een toptijd te lopen en ik ben iets te lief geweest. Vooral voor mijzelf. Ik had domweg wat harder moeten lopen en op de lastige stukken – ik wist dat ze kwamen – ietsje assertiever moeten zijn. Met name de eerste drie kilometer en het stuk halverweg door de heuvels. Maar goed, het zij zo en mijn eindtijd van 1.59.22 staat en is voor verbetering vatbaar. Maar wat was het een strijd tegen de wind. Vooral het stuk richting vuurtoren, straffe wind tegen en opwaaiend zand. Dat was al te merken tijdens de plaatselijke ronde van drie kilometer. Het was druk, heel druk. Ik heb de indruk dat de groepen iets sneller achter elkaar werden weggeschoten dan vorig jaar. Maar dat kan ik niet controleren omdat niets te merken viel wanneer de startgroepen voor ons zijn weggegaan. Dit kwam door de harde wind. Het enige was meelopen naar de start en op het juiste moment het horloge indrukken. Geen startboog dit jaar want die was slachtoffer geworden van de harde wind. Dus over de matten en gaan. Maar het was druk, ik wist dat ik in de eerste bocht de rechterkant op moest zoeken, bij de tweede binnendoor om zodoende een paar plaatsen winst te boeken. Maar het tempo lag in de eerste kilometers heel laag: 5.39. Veel meer winst viel niet te  halen omdat het voor mij een golvende massa van hardlopers was. Het ging gelukkig wel wat sneller in de tweede en derde kilometer, maar toen het strand op. De harde wind vanuit zee, de zandduinen en het opspattende water. Tussen het publiek door richting zee. Het gejuich van het publiek viel in het niets van het gehuil van de wind. Jammer genoeg kwam de wind van opzij, ik had het liever iets rugwind gehad en dan op de terugweg wat meer tegen. Want nu moest je oppassen dat je jezelf niet tackelde. De keuze was in het water lopen, op het stukje harde strand of iets naar links in het mulle zand. Ik koos er voor om op het stukje harde strand te blijven lopen. Maar dat was wel het drukste deel. Het tempo bleef rond de 5.30 en dat had ik mezelf ook beloofd. Ik wilde rond de 55 minuten op het tien kilometerpunt zijn om vervolgens in hetzelfde tempo richting de finish te lopen. Ik had niet ingecalculeerd dat ik wat tijd zou verliezen in de heuvels en dat gebeurde wel. Natuurlijk wist ik dat het risico daar was. Ik bleef op het strand zoeken naar het juiste tempo, versnelde wat om even later weer afgeremd te worden omdat ik achter een langzamere loper terecht kwam. Even over mijn schouder kijken of ik er omheen kon. Soms lukte het, soms niet. Ik kwam in 55 minuten van het strand af. Mijn horloge piepte op het moment dat we omhoog moesten, de duinen in. Ik verloor teveel tijd bij de drankpost. Moest stoppen om wat te drinken te krijgen. Een paar slokken en verder. In de duinen werd het opstopping na opstopping. Het tempo zakte en ik wilde niet als een ‘zak’ met tussen de andere lopers doorwringen. Anderen deden dat wel en duwden andere lopers domweg aan de kant. Want het pas is smal in de duinen en de hellingen pijnigen de kuiten. Ik accpteerde mijn verlies en het zou later wel wat beter worden. Ik wilde mijn tempo weer richting vijf en een halve minuut zien te krijgen, dat lukte deels. De meeste kilometers bleef ik steken tussen 5.35 en 5.40. En toen kwam de zeventiende kilometer, toen werd het pas echt lastig. De wind kreeg wat meer vat op de lopers en ik wist dat de laatste vier kilometer heel zwaar gingen worden. Met name de laatste twee kilometer met de straffe wind op de Bloedweg. Natuurlijk wist ik wel dat ik mijn tijd van vorig jaar ging verbeteren, maar ik zag ook dat de grens van twee uur dichterbij kwam. Ik rekende mijn verlies uit tussen de twee en vier minuten. Sowieso wilde ik onder de twee uur blijven. Ik verloor in de laatste vier kilometer tenminste twee hele minuten op mijn eindtijd. Het was zwaar. En toen kwam de Bloedweg nog. Weer een opstopping van langzamere lopers, ik liep door de berm een paar voorbij om mijn tempo proberen te herwinnen. Maar daarmee verspilde ik kostbare kracht. En van een eindsprint was geen sprake meer, het werd een kwestie van uitlopen. Met name de laatste honderden meters, de weg loopt op en de finish lijkt zover weg. Ook omdat ik niet meer wist hoever het nog was naar de finsh. Uiteindelijk kreeg ik het voor elkaar om onder de twee uur over de finishlijn te komen. Een winst van zes minuten en twintig seconden en ook nog eens winst van zo’n 1800 plaatsen in het klassement.

En nee, Egmond is en blijft geen halve marathon om je toptijd flink aan te scherpen. Daarvoor zijn de factoren te wispelturig vanwege het weer en ook de drukte op het parkoers. Het is gewoon heel lastig om je eigen tempo te krijgen omdat er heel veel lopers zijn. Maar ondanks dat is het wel machtig mooi om in Egmond te lopen. Het is en blijft een aanrader. Aan de andere kant heb ik nu de gelegenheid om mijn tijden verder aan te scherpen. De halve marathons van Zwolle en Lauwersoog naar Ulrum staan dit jaar op het programma. Dus lekker trainen richting de zomer.

3 gedachtes over “Stijve beentjes na halve Egmond

  1. Je bent ook niet heel gauw tevreden hè? 😉
    Ik vind het echt knap dat je met die omstandigheden nog onder de 2 uur bent gebleven. En ik ben er ook vrij zeker van dat je je tijd in Zwolle gaat aanscherpen. Goed gedaan!

    • @Elsa, ik heb wat kleine foutjes gemaakt;-] Nou weet ik wel dat de omstandigheden in Egmond nooit ideaal zijn… Vind het jammer dat ik 17+ zo lastig kreeg…

Plaats een reactie